Het Belgische Trekpaard
Geschiedenis
Tijdens de Romeinse bezetting van het gebied dat nu België heet, kwamen Belgische trekpaarden al voor. Van de 11e tot de 16e eeuw werd het trekpaard gebruikt als oorlogspaard in Brabant en Vlaanderen. Daarna werd het Belgisch trekpaard gebruikt om zware werktuigen te trekken op het platteland zoals een ploeg. Ook werden ze ingezet voor trekschuiten en post koetsen.
Uiterlijk
Het paard heeft een krachtige lichaamsbouw. Ze hebben een vrij klein hoofd en een korte, zware hals met een dubbele manenkam. De benen zijn kort en sterk met grote hoeven en veel beharing aan de voeten, ook wel sokken genoemd.
Het was gebruikelijk de staart van trekpaarden te couperen (de staart bij het paard verwijderen). Deze gewoonte is ontstaan omdat boeren vroeger op de akkers vaak vlak achter het paard naast de ploeg liepen en niet wilden dat het paard de leidsels (teugels) met de staart vast tegen hun billen zouden klemmen en zo niet meer te sturen zijn. Inmiddels is deze praktijk zowel in Nederland als in België verboden.
Karakter
Vaak wordt gedacht aan slome, sukkelige en ontzettend koele dieren. Dit blijkt vaak toch te makkelijk gedacht. Trekpaarden zijn ontzettend gevoelige dieren die licht reageren op stem en aanrakingen. Soms kunnen ze koppig en eigenwijs zijn. Daarentegen zijn het ook ontzettende knuffels, die houden van aandacht en contact.
Het Belgisch trekpaard is een paard wat zeer koel in het hoofd is, maar totaal niet sloom. Zij zullen niet snel opkijken van auto's die langs hen scheuren, een tractor die langs komt of een onverwachte situatie. Daar in tegen blijven het wel gewoon paarden, dus schrikdieren en kunnen ook zij schrikken.
Tijdens de Romeinse bezetting van het gebied dat nu België heet, kwamen Belgische trekpaarden al voor. Van de 11e tot de 16e eeuw werd het trekpaard gebruikt als oorlogspaard in Brabant en Vlaanderen. Daarna werd het Belgisch trekpaard gebruikt om zware werktuigen te trekken op het platteland zoals een ploeg. Ook werden ze ingezet voor trekschuiten en post koetsen.
Uiterlijk
Het paard heeft een krachtige lichaamsbouw. Ze hebben een vrij klein hoofd en een korte, zware hals met een dubbele manenkam. De benen zijn kort en sterk met grote hoeven en veel beharing aan de voeten, ook wel sokken genoemd.
Het was gebruikelijk de staart van trekpaarden te couperen (de staart bij het paard verwijderen). Deze gewoonte is ontstaan omdat boeren vroeger op de akkers vaak vlak achter het paard naast de ploeg liepen en niet wilden dat het paard de leidsels (teugels) met de staart vast tegen hun billen zouden klemmen en zo niet meer te sturen zijn. Inmiddels is deze praktijk zowel in Nederland als in België verboden.
Karakter
Vaak wordt gedacht aan slome, sukkelige en ontzettend koele dieren. Dit blijkt vaak toch te makkelijk gedacht. Trekpaarden zijn ontzettend gevoelige dieren die licht reageren op stem en aanrakingen. Soms kunnen ze koppig en eigenwijs zijn. Daarentegen zijn het ook ontzettende knuffels, die houden van aandacht en contact.
Het Belgisch trekpaard is een paard wat zeer koel in het hoofd is, maar totaal niet sloom. Zij zullen niet snel opkijken van auto's die langs hen scheuren, een tractor die langs komt of een onverwachte situatie. Daar in tegen blijven het wel gewoon paarden, dus schrikdieren en kunnen ook zij schrikken.